La Sonnambula


La Sonnambula

Afbeelding van Giuditta Pasta en Giovanni Battista Rubini tijdens de première

Muziek: Vincenzo Bellini
Tekst: Felice Romani, gebaseerd op een vaudeville en ballet "La somnambule ou L'arrivée d'un nouveau seigneur" (1827) van de Franse schrijver Eugène Scribe.

Première: 6 maart 1831, Teatro Carcano, Milaan
Plaats en tijd van handeling: een dorpje in de Zwitserse Alpen, omstreeks 1830.

Achtergrondinformatie

Dit is de zevende opera van Bellini (Norma, Il Pirata, La Straniera, Beatrice di Tenda, I Capuleti (allen van dezelfde librettist) en de meest populaire in de 19e eeuw, maar in het begin van de 20e eeuw één van de minst gespeelde. In het begin van deze eeuw was de trend meer gericht op heroische verhalen en het gegeven van deze opera vond men te naïef.

De titel van deze opera, La Sonnambula, de slaapwandelaarster, wordt ook vaak genoemd als La Somnabula. De herkomst van deze laatste naam is niet geheel duidelijk, het is geen bekend Italiaans woord. Misschien dat deze naam afkomstig is uit het Italiaanse dialect dat in Zwitserland wordt gesproken. Het verhaal speelt zich tenslotte af in Zwitserland en op het internet is de naam Somnabula op diverse Zwitserse sites terug te vinden. Misschien dat een of andere deskundige ons hierover meer informatie kan verschaffen.

Bellini begon aan deze compositie in januari 1831 en werkte er ongeveer 2 maanden aan, als gast van de gravin Giuseppina Appiani in de Borgo Monforte Milaan. Zij steunde veel bekende componisten in die tijd, zoals Bellini en Donizetti. De opera was opgedragen aan Francesco Pollini, een leerling van Mozart, overleden in 1847. De eerste spelers waren Giuditta Pasta als Amina, Giovanni Battiste Rubini als Elvino, Luciano Mariani als Rodolfo, Elisa Taccani als Teresa en Lorenzo Biondi als Alessio. Bellini heeft de opera's Il Pirata en I Puritani speciaal voor de tenor Rubini gecomponeerd. De stijl van Bellini's opera's is beïnvloed door de grootste tenor uit die dagen: Rubini.

Personages

Amina, wees en geädopteerde dochter van: sopraan Alessio, een minnaar van Lisa bas
Teresa, eigenares van de molen mezzosopraan Graaf Rodolfo, de al jaren doodgewaande zoon van de overleden ambachtsheer bas
Elvino, een jonge rijke boer, verloofd met Amina, hij had vroeger verkering met: tenor de notaris tenor
Lisa, eigenares van de herberg sopraan

Het verhaal

Eerste Bedrijf
scène 1: De Dorpsstraat

De dorpsherberg is zichtbaar en op de achtergrond de molen van Teresa en de woeste bergstroom die het molenwiel doet draaien. De opgewonden stemmen van de dorpelingen, die de verloving van Amina komen vieren zijn vanachter het toneel hoorbaar.

koor: Viva Amina!

Amina wordt door de dorpelingen bejubeld.

cavatina (= korte aria): Tutto è gioia, tutto è festa

Lisa komt uit de herberg en zingt dat zij de enige is die niet deelneemt aan de feestvreugde. Zij is jaloers omdat zij vroeger verkering had met Elvino.

koor: Viva Amina.

De dorpelingen komen uit de bergen, gekleed op zijn zondag's, zij dragen rustieke muziekinstrumenten en dragen manden met bloemen.
Het koor "Viva Amina" vervult de functie van ouverture voor deze opera. Tijdens de volgende scène, de ontmoeting tussen Lisa en Alessio zijn de stemmen der solisten nauwelijks te onderscheiden van het koor, iets wat tijdens deze opera herhaaldelijk gebeurt. Dit is een van de weinige opera's waar het koor gedurende vrijwel de gehele opera actief blijft.
Alessio zegt tot Lisa dat hun trouwdag ook spoedig zal komen, maar Lisa voelt niet veel voor Alessio. Het bruiloftsfeest van Elvino en Amina wordt door Alessio georganiseerd, hij laat de dorpelingen aantreden voor het volgende:

koor: In Elvezia non v'ha rosa

In Zwitserland is geen roos zo fris en mooi als Amina.

recitative en cavatina: Care compagne, e voi

Amina komt uit de molen vergezeld door Teresa, zij bedankt haar vrienden.

recitative en cavatina: A te, diletta, tenere madre

Amina dankt haar pleegmoeder die haar heeft grootgebracht voor deze prachtige dag.

recitative en cavatina: Come per me sereno

Amina zingt de eerste aria waarin zij haar geluk beschrijft.

recitative en cavatina: Sovra il sen la man mi posa

Amina neemt de hand van Teresa en plaatst deze op haar borst om haar te laten voelen hoe haar hart vol liefde klopt. Er volgt een passage waarin iedereen zijn vreugde uitspreekt.

recitative en scène: Io più di tutti, o Amina

Alessio vertelt Amina dat hij het welkomstlied heeft gemaakt en de festiviteiten heeft georganiseerd. Amina spreekt de wens uit hetzelfde te doen voor Alessio als hij met Lisa zal trouwen, zoals de geruchten gaan. Maar Lisa zegt dat zij haar vrijheid te lief heeft. De notaris komt, Amina is bezorgd, Elvino is er nog niet. De notaris stelt haar gerust, Elvino kan ieder ogenblik komen, hij heeft hem onderweg gezien. Als Elvino komt vertelt hij dat hij een omweg heeft gemaakt, om op het graf van zijn moeder de zegen voor zijn bruid te vragen (perdono o mia diletta).

recitative en scène: Elvin che rechi.

Het huwelijkscontract wordt opgesteld. Elvino biedt haar al zijn bezittingen, Amina heeft slechts haar hart te vergeven.

recitative en duet: Prendi: l'anel ti dono

Elvino geeft haar de ring van zijn moeder.

recitative en duet: Caro/a dal di che univa

Elvino en Amina zingen hoe zij voor elkaar voelen.

recitative en duet: Ah! vorrei trovar parole

Amina bekent dat zij geen woorden kan vinden om haar gevoelens te beschrijven.

recitative en duet: Tutto, ah tutto in quest'istante

Elvino verzekert Amina dat al haar gevoelens blijken uit al haar gebaren. Hij maakt zich gereed om te vertrekken en verzekert haar dat hij morgen terug zal komen voor het huwelijk.

recitative en scène: Qual rumore!

Men hoort het geluid van een naderend rijtuig. Een vreemdeling, de graaf Rodolfo, vraagt hoever het nog is naar het kasteel. Hij krijgt van Lisa het advies in het dorp te overnachten. Rodolfo roept uit dat hij de herberg, het dorp en de molen herkent. De dorpelingen vragen zich af wie zij hier voor zich hebben.

cavatina: Vi ravviso, o luoghi ameni

Rodolfo zingt dat hij al deze plaatsen uit zijn jeugd herkent, maar betreurt dat de jeugdjaren nooit terug kunnen keren.

recitative, scène en aria: Ma fra voi, se non m'inganne.

Rodolfo vraagt wat er voor festiviteiten in het dorp plaats vinden. De dorpelingen antwoorden dat er morgen een bruiloft gevierd zal worden. Rodolfo knikt in de richting van Lisa, de dorpelingen wijzen naar Amina.

aria: tu non sai con quei begli occhi

De graaf maakt Amina een compliment betreffende haar schoonheid, zij heeft de ogen van iemand die hij in zijn jeugdjaren beminde [1]. Dit bevalt Elvino niet in het minst. Lisa is eveneens jaloers. De andere dorpelingen zijn zeer gecharmeerd door het hoffelijke gedrag van de stedeling.

recitative en scène: contezza del paese

Elvino vraagt de vreemdeling of hij bekend is in deze streken. Rodolfo antwoordt dat hij vroeger op het kasteel woonde. Teresa zegt dat de ambachtsheer jaren geleden is overleden. Hij had een zoon die op een dag uit het kasteel was vertrokken en waarvan de vader nooit meer iets had vernomen. Rodolfo kondigt aan dat de zoon nog leeft en binnenkort zal terugkeren (hij is nog niet als de zoon van de overleden ambachtsheer herkend).

recitative en scène: Ma il sol tramonta

Teresa hoort het geluid van de fluiten als de herders hun kudden bijeendrijven voor de nacht. Zij waarschuwt dat de zon ondergaat, iedereen moet vertrekken, want het tijdstip nadert dat het spook zal verschijnen. Rodolfo is ongelovig.

koor: A fosco cielo, a notte bruna

De dorpelingen vertellen van een verschijning in een wit kleed gehuld. Als de graaf blijft weigeren in deze geestesverschijning te geloven dan bidt iedereen dat de hemel hem bijstaat als hij tegenover deze verschijning komt te staan.

recitative en scène: Basta Cosi

Rodolfo heeft genoeg van de discussie. Hij wil zich terugtrekken voor de nacht en hij hoopt dat het land nog eens bevrijd zal worden van het bijgeloof. Hij vertrekt, na Amina nog een compliment te maken, tot ongenoegen van Elvino.

recitative en duet: Elvino! e tu me lasco

Iedereen vertrekt en Amina vraagt verbaasd waarom Elvino weggaat zonder afscheid. Elvino verwijt haar te flirten met de vreemdeling, hij geeft toe jaloers te zijn op iedereen en op alles wat met haar te maken heeft, de wind in haar haar, de zon in haar gezicht (Son geloso del zefiro amante). Zij vertelt hem dat zij daarentegen houdt van alles dat met Elvino te maken, heeft, ook de wind in zijn haar etc. (Son mio bene, del zefiro amante). Zij laat hem beloven niet meer jaloers te zijn en zij scheiden na wederzijdse liefdesbetuigingen (Ah! si mio bene).

scène 2: De kamer van Rodolfo

Een kamer in de herberg met een aangrenzende kast. Een groot raam is zichtbaar in de muur erachter, de deur is opzij. Behalve tafel en stoelen is er in de kamer ook een groot bed.

recitative en scène (Rodolfo en Lisa): Davver non mi displace...

Rodolfo begint zich op zijn gemak te voelen, hij vindt het bruidje knap, eveneens de gastvrouw. Lisa komt binnen. Zij wil weten of alles naar de zin is van zijne hoogheid. Rodolfo vindt het niet leuk te zijn herkend. Lisa zegt dat de burgemeester hem herkende, de dorpelingen zullen de graaf morgen eer bewijzen. Rodolfo probeert met Lisa te flirten, maar zij worden opgeschrikt door een geluid bij het raam. Lisa rent naar de kast om zich te verbergen, zij verliest daarbij haar zakdoek die door de graaf wordt opgeraapt en achteloos op het bed geworpen. Het raam gaat open en een slaapwandelende Amina verschijnt.

recitative en duet: Che Veggio?

De graaf denkt eerst aan het spook waarvan de dorpelingen vertelden, dan herkent hij het jonge bruidje en beseft dat zij een slaapwandelaarster is. Hij aarzelt, zal hij haar wakker maken? Zij praat in haar slaap met Elvino.

Amina, o traditrice

Lisa rent ongezien uit de kast en verdwijnt van het toneel, zij denkt dat Amina een verhouding heeft met de graaf.

recitative en duet: Oh come lieto è il popolo

Amina beleeft hardop het huwelijk dat morgen wordt gesloten. De graaf wil haar niet onteren. Amina valt op het bed in slaap met de verzuchting "Alfin... sei mio". De graaf wil de deur uitgaan maar er naderen voetstappen en hij verdwijnt via het raam.

koor (Alessio en dorpelingen): Osservate Tutto tace, el dorme certo

De dorpelingen vinden de deur geöpend en aarzelen, zullen zij naar binnen gaan? Zij zijn verbaasd als zij een vrouw op het bed zien liggen.

recitative en scène: E menzogna

De stem van Elvino is hoorbaar, hij roept dat Lisa hem een leugen vertelt maar Lisa toont hem de vrouw op het bed van de graaf. Tot zijn schrik herkent Elvino zijn Amina. Zij wordt wakker. Elvino beschuldigt haar van ontrouw. Zij is verbaasd als zij beseft dat zij in het bed van de graaf ligt.

quintet (overgang naar ensemble finale): D'un pensiero e d'un accento

Amina bezweert dat zij noch in gedachten, noch in daden ontrouw is geweest, niemand gelooft haar.

Non piu nozze

Elvino roept dat de bruiloft niet doorgaat.

Oh crudo istante

Amina blijft haar onschuld betuigen, de dorpelingen spreken schande.

duet: Non è questa, ingrato core

Dit is niet de beloning die ik verwachte voor zoveel liefde.
Dit alles ontpopt zich tot een grote finale van het eerste bedrijf, waarin koor en solisten niet meer zijn te onderscheiden.
Teresa vindt de zakdoek van Lisa op het bed en denkt dat deze van Amina is, zij slaat de zakdoek om de hals van Amina.

Tweede Bedrijf
scène 1: Een plek midden in het bos

Koor: Qui la selva

De dorpelingen rusten hier uit, zij zijn onderweg naar het kasteel. Zij willen de graaf vragen Amina te helpen als zij onteerd zou zijn, of haar te verdedigen als zij onschuldig is. Zij vervolgen opgewekt hun weg.

recitative, scène en aria: Reggimi o buona madre

Amina wordt ondersteund door Teresa, zij zijn eveneens onderweg naar het kasteel. Zij zijn in de nabijheid van de boerderij van Elvino. Teresa verzekert haar dochter dat de liefde van Elvino niet ineens over kan zijn. Elvino nadert, hij heeft de vrouwen niet gezien.

Elvino: Tutto è sciolto

Alles is voorbij.
Amina probeert zich nogmaals te verzoenen.

Elvino: Pasci il guardo e appage l'alma

Elvino wil van geen verzoening weten, hij beschuldigt Amina van wreedheid.

scène: Viva il Conte!

De stemmen van de dorpelingen klinken vanachter het toneel. Elvino wil zich verwijderen. De dorpelingen komen opgewonden op, zij vertellen het goede nieuws, de graaf is in aantocht, hij zal de onschuld van Amina bewijzen. Elvino wordt kwaad, als Amina hem wil tegenhouden rukt hij de ring van Amina's vinger. Amina valt in de armen van Teresa.

Elvino: Ah! perchè non posso adiarti

Waarom kan ik jou niet haten zoals ik zou willen.
De dorpelingen roepen dat Elvino op de graaf moet wachten.

Elvino: Ah per me non v'ha conforto

De stem van Elvino klinkt gebroken en is onverstaanbaar in het koor van de dorpelingen. Elvino herhaalt dat er voor hem geen troost meer is. Hij vertrekt wanhopig. Teresa neemt de flauwgevallen Amina mee.

scène 2

recitative scène en aria (Alessio): Lasciami aver compresa

Alessio valt Lisa nog steeds lastig, hij verzekert haar dat het niets wordt tussen haar en Elvino. De graaf zal Elvino overtuigen van de onschuld van Amina. Lisa maakt Alessio duidelijk dat het nooit iets zal worden tussen hen. Alessio zegt hemel en aarde te zullen bewegen om Lisa van gedachten te doen veranderen. De dorpelingen komen om Lisa te feliciteren, zij zal de bruid van Elvino zijn.

Lisa: De lieti auguri a voi son grata

Lisa bedankt de dorpelingen voor hun gelukwensen, Alessio is sprakeloos en verbitterd.
De stemmen van Lisa en Alessio zijn nauwelijks verstaanbaar tegenover het koor dat de deugden van Lisa prijst. Elvino komt op.

Lisa: E fia pur vero, Elvino?

Is het waar Elvino, dat je me je liefde waardig beschouwt? Elvino geeft toe dat hij de banden van vroeger wil herstellen. Als Elvino haar hand pakt om naar de kerk te gaan roept de graaf hem een halt toe, tot opluchting van Alessio. De graaf vraagt waarom Elvino zo'n haast heeft, eerst moet hij weten dat Amina onschuldig is.

quartet: Signor conte, agli occhi miel

Elvino kan het niet geloven, met zijn eigen ogen heeft hij Amina gezien in de slaapkamer van de graaf.

Rodolfo: V'han certuni che dormendo

De graaf vertelt dat er mensen bestaan die in hun slaap wandelen, waarbij het lijkt alsof die mensen wakker zijn. Maar de dorpelingen geloven de graaf niet, zelfs niet op zijn woord van eer. Zij hebben immers nog nooit van het bestaan van slaapwandelen gehoord. Elvino staat op het punt naar de kerk te gaan met Lisa.

Teresa: Piano amici, non gridate.

Teresa verschijnt aan het venster van de molen, zij vraagt de dorpelingen stil te zijn, Amina slaapt en in haar toestand heeft het kind slaap nodig om tot rust te komen. De dorpelingen beloven rustig te zijn. Teresa vraagt waar Lisa en Elvino naar toe gaan. Lisa zegt dat zij gaan trouwen, zij is een goede bruid, die men niet betrapt in de slaapkamer van vreemde mannen. Nu laat Teresa de zakdoek zien die zij in de kamer van de graaf heeft gevonden, de zakdoek van Lisa.

ensemble: Lisa mendace anch'essa.

Na de ontrouw van Lisa wanhoopt Elvino ooit nog oprechte liefde te vinden op deze boze wereld.

Teresa: In qual fronte impresa chiara

Teresa heeft geen medelijden met de afgang van Lisa.

Lisa: Cielo a tal colpo oppressa

Lisa voelt zich geslagen en vernederd, zij is bang voor haar figuur ten overstaan van de dorpelingen.

scène en aria finale: Signor che creder deggio?

Elvino vraagt de graaf wat hij moet geloven, zij heeft me ook verraden. De graaf zegt hem nogmaals dat Amina hem nooit ontrouw is geweest. Elvino weet niet wie dat moet bewijzen.

Rodolfo: Chi? Mira! ella stessa.

"Kijk maar, zijzelf!" De slapende Amina stapt op dat moment uit het raam van de molen. Iedereen is verschrikt, de slapende Amina loopt langs de rand van het schuine dak. Bij één verkeerde stap kan zij in het wiel van de maler vallen. Rodolfo waarschuwt iedereen stil te zijn. Als Amina nu wakker wordt dan kan dat haar dood zijn. Zij stapt op een plank over de beek, op het ogenblik dat zij veilig aan de overkant op de grond stapt breekt de plank.

Amina: Oh! se una volta sola.

Amina praat in haar slaap, zij wil Elvino nog een keer zien voor hij een andere bruid naar het altaar voert. Zij bidt dat Elvino gelukkig mag worden, zij vergeeft hem. Zij schrikt als zij haar ring mist. Hij heeft mijn ring meegenomen, maar zijn beeltenis kan hij niet van me wegnemen. Zij pakt de bloemencorsage die Elvino haar gegeven heeft van haar borst.

Amina: Ah! non credea mirarti.

Bloemen die verwelkt zijn als de liefde die slechts een dag duurde.

Elvino: No piu non reggo.

Elvino kan het niet meer aanhoren, hij geeft de ring terug aan Amina. Als zij omringd is door de graaf, Teresa en Elvino, dan wekken de dorpelingen haar met een "Viva Amina, viva ancora". Elvino verzekert Amina dat het geen droom is, hij is terug en hij weet dat zij de enige is die hem echt bemint. De dorpelingen roepen dat zij onmiddellijk naar de kerk moeten gaan voor het huwelijk.

Amina: Ah! Non giunge uman pensiero.

Niemand kan beseffen hoe gelukkig ik ben.
De slotaria gaat weer over in een finale waarin het weer onmogelijk is de afzonderlijke stemmen te onderscheiden, waarna het doek valt.