La Sonnambula
Dit is de zevende opera van Bellini (Norma, Il Pirata, La Straniera, Beatrice di Tenda, I Capuleti (allen van dezelfde librettist) en de meest populaire in de 19e eeuw, maar in het begin van de 20e eeuw één van de minst gespeelde. In het begin van deze eeuw was de trend meer gericht op heroische verhalen en het gegeven van deze opera vond men te naïef.
De titel van deze opera, La Sonnambula, de slaapwandelaarster, wordt ook vaak genoemd als La Somnabula. De herkomst van deze laatste naam is niet geheel duidelijk, het is geen bekend Italiaans woord. Misschien dat deze naam afkomstig is uit het Italiaanse dialect dat in Zwitserland wordt gesproken. Het verhaal speelt zich tenslotte af in Zwitserland en op het internet is de naam Somnabula op diverse Zwitserse sites terug te vinden. Misschien dat een of andere deskundige ons hierover meer informatie kan verschaffen.
Bellini begon aan deze compositie in januari 1831 en werkte er ongeveer 2 maanden aan, als gast van de gravin Giuseppina Appiani in de Borgo Monforte Milaan. Zij steunde veel bekende componisten in die tijd, zoals Bellini en Donizetti. De opera was opgedragen aan Francesco Pollini, een leerling van Mozart, overleden in 1847. De eerste spelers waren Giuditta Pasta als Amina, Giovanni Battiste Rubini als Elvino, Luciano Mariani als Rodolfo, Elisa Taccani als Teresa en Lorenzo Biondi als Alessio. Bellini heeft de opera's Il Pirata en I Puritani speciaal voor de tenor Rubini gecomponeerd. De stijl van Bellini's opera's is beïnvloed door de grootste tenor uit die dagen: Rubini.
Amina, wees en geädopteerde dochter van: | sopraan | Alessio, een minnaar van Lisa | bas |
Teresa, eigenares van de molen | mezzosopraan | Graaf Rodolfo, de al jaren doodgewaande zoon van de overleden ambachtsheer | bas |
Elvino, een jonge rijke boer, verloofd met Amina, hij had vroeger verkering met: | tenor | de notaris | tenor |
Lisa, eigenares van de herberg | sopraan |
De dorpsherberg is zichtbaar en op de achtergrond de molen van Teresa en de woeste bergstroom die het molenwiel doet draaien. De opgewonden stemmen van de dorpelingen, die de verloving van Amina komen vieren zijn vanachter het toneel hoorbaar.
Amina wordt door de dorpelingen bejubeld.
Lisa komt uit de herberg en zingt dat zij de enige is die niet deelneemt aan de feestvreugde. Zij is jaloers omdat zij vroeger verkering had met Elvino.
De dorpelingen komen uit de bergen, gekleed op zijn zondag's, zij dragen rustieke muziekinstrumenten
en dragen manden met bloemen.
Het koor "Viva Amina" vervult de functie van ouverture voor deze opera.
Tijdens de volgende scène, de ontmoeting tussen Lisa en Alessio zijn de stemmen der solisten
nauwelijks te onderscheiden van het koor, iets wat tijdens deze opera herhaaldelijk
gebeurt. Dit is een van de weinige opera's waar het koor gedurende vrijwel de gehele opera actief blijft.
Alessio zegt tot Lisa dat hun trouwdag ook spoedig zal komen, maar Lisa voelt niet veel voor Alessio.
Het bruiloftsfeest van Elvino en Amina wordt door Alessio georganiseerd, hij laat de dorpelingen
aantreden voor het volgende:
In Zwitserland is geen roos zo fris en mooi als Amina.
Amina komt uit de molen vergezeld door Teresa, zij bedankt haar vrienden.
Amina dankt haar pleegmoeder die haar heeft grootgebracht voor deze prachtige dag.
Amina zingt de eerste aria waarin zij haar geluk beschrijft.
Amina neemt de hand van Teresa en plaatst deze op haar borst om haar te laten voelen hoe haar hart vol liefde klopt. Er volgt een passage waarin iedereen zijn vreugde uitspreekt.
Alessio vertelt Amina dat hij het welkomstlied heeft gemaakt en de festiviteiten heeft georganiseerd. Amina spreekt de wens uit hetzelfde te doen voor Alessio als hij met Lisa zal trouwen, zoals de geruchten gaan. Maar Lisa zegt dat zij haar vrijheid te lief heeft. De notaris komt, Amina is bezorgd, Elvino is er nog niet. De notaris stelt haar gerust, Elvino kan ieder ogenblik komen, hij heeft hem onderweg gezien. Als Elvino komt vertelt hij dat hij een omweg heeft gemaakt, om op het graf van zijn moeder de zegen voor zijn bruid te vragen (perdono o mia diletta).
Het huwelijkscontract wordt opgesteld. Elvino biedt haar al zijn bezittingen, Amina heeft slechts haar hart te vergeven.
Elvino geeft haar de ring van zijn moeder.
Elvino en Amina zingen hoe zij voor elkaar voelen.
Amina bekent dat zij geen woorden kan vinden om haar gevoelens te beschrijven.
Elvino verzekert Amina dat al haar gevoelens blijken uit al haar gebaren. Hij maakt zich gereed om te vertrekken en verzekert haar dat hij morgen terug zal komen voor het huwelijk.
Men hoort het geluid van een naderend rijtuig. Een vreemdeling, de graaf Rodolfo, vraagt hoever het nog is naar het kasteel. Hij krijgt van Lisa het advies in het dorp te overnachten. Rodolfo roept uit dat hij de herberg, het dorp en de molen herkent. De dorpelingen vragen zich af wie zij hier voor zich hebben.
Rodolfo zingt dat hij al deze plaatsen uit zijn jeugd herkent, maar betreurt dat de jeugdjaren nooit terug kunnen keren.
Rodolfo vraagt wat er voor festiviteiten in het dorp plaats vinden. De dorpelingen antwoorden dat er morgen een bruiloft gevierd zal worden. Rodolfo knikt in de richting van Lisa, de dorpelingen wijzen naar Amina.
De graaf maakt Amina een compliment betreffende haar schoonheid, zij heeft de ogen van iemand die hij in zijn jeugdjaren beminde [1]. Dit bevalt Elvino niet in het minst. Lisa is eveneens jaloers. De andere dorpelingen zijn zeer gecharmeerd door het hoffelijke gedrag van de stedeling.
Elvino vraagt de vreemdeling of hij bekend is in deze streken. Rodolfo antwoordt dat hij vroeger op het kasteel woonde. Teresa zegt dat de ambachtsheer jaren geleden is overleden. Hij had een zoon die op een dag uit het kasteel was vertrokken en waarvan de vader nooit meer iets had vernomen. Rodolfo kondigt aan dat de zoon nog leeft en binnenkort zal terugkeren (hij is nog niet als de zoon van de overleden ambachtsheer herkend).
Teresa hoort het geluid van de fluiten als de herders hun kudden bijeendrijven voor de nacht. Zij waarschuwt dat de zon ondergaat, iedereen moet vertrekken, want het tijdstip nadert dat het spook zal verschijnen. Rodolfo is ongelovig.
De dorpelingen vertellen van een verschijning in een wit kleed gehuld. Als de graaf blijft weigeren in deze geestesverschijning te geloven dan bidt iedereen dat de hemel hem bijstaat als hij tegenover deze verschijning komt te staan.
Rodolfo heeft genoeg van de discussie. Hij wil zich terugtrekken voor de nacht en hij hoopt dat het land nog eens bevrijd zal worden van het bijgeloof. Hij vertrekt, na Amina nog een compliment te maken, tot ongenoegen van Elvino.
Iedereen vertrekt en Amina vraagt verbaasd waarom Elvino weggaat zonder afscheid. Elvino verwijt haar te flirten met de vreemdeling, hij geeft toe jaloers te zijn op iedereen en op alles wat met haar te maken heeft, de wind in haar haar, de zon in haar gezicht (Son geloso del zefiro amante). Zij vertelt hem dat zij daarentegen houdt van alles dat met Elvino te maken, heeft, ook de wind in zijn haar etc. (Son mio bene, del zefiro amante). Zij laat hem beloven niet meer jaloers te zijn en zij scheiden na wederzijdse liefdesbetuigingen (Ah! si mio bene).
Een kamer in de herberg met een aangrenzende kast. Een groot raam is zichtbaar in de muur erachter, de deur is opzij. Behalve tafel en stoelen is er in de kamer ook een groot bed.
Rodolfo begint zich op zijn gemak te voelen, hij vindt het bruidje knap, eveneens de gastvrouw. Lisa komt binnen. Zij wil weten of alles naar de zin is van zijne hoogheid. Rodolfo vindt het niet leuk te zijn herkend. Lisa zegt dat de burgemeester hem herkende, de dorpelingen zullen de graaf morgen eer bewijzen. Rodolfo probeert met Lisa te flirten, maar zij worden opgeschrikt door een geluid bij het raam. Lisa rent naar de kast om zich te verbergen, zij verliest daarbij haar zakdoek die door de graaf wordt opgeraapt en achteloos op het bed geworpen. Het raam gaat open en een slaapwandelende Amina verschijnt.
De graaf denkt eerst aan het spook waarvan de dorpelingen vertelden, dan herkent hij het jonge bruidje en beseft dat zij een slaapwandelaarster is. Hij aarzelt, zal hij haar wakker maken? Zij praat in haar slaap met Elvino.
Lisa rent ongezien uit de kast en verdwijnt van het toneel, zij denkt dat Amina een verhouding heeft met de graaf.
Amina beleeft hardop het huwelijk dat morgen wordt gesloten. De graaf wil haar niet onteren. Amina valt op het bed in slaap met de verzuchting "Alfin... sei mio". De graaf wil de deur uitgaan maar er naderen voetstappen en hij verdwijnt via het raam.
De dorpelingen vinden de deur geöpend en aarzelen, zullen zij naar binnen gaan? Zij zijn verbaasd als zij een vrouw op het bed zien liggen.
De stem van Elvino is hoorbaar, hij roept dat Lisa hem een leugen vertelt maar Lisa toont hem de vrouw op het bed van de graaf. Tot zijn schrik herkent Elvino zijn Amina. Zij wordt wakker. Elvino beschuldigt haar van ontrouw. Zij is verbaasd als zij beseft dat zij in het bed van de graaf ligt.
Amina bezweert dat zij noch in gedachten, noch in daden ontrouw is geweest, niemand gelooft haar.
Elvino roept dat de bruiloft niet doorgaat.
Amina blijft haar onschuld betuigen, de dorpelingen spreken schande.
Dit is niet de beloning die ik verwachte voor zoveel liefde.
Dit alles ontpopt zich tot een grote finale van het eerste bedrijf,
waarin koor en solisten niet meer zijn te onderscheiden.
Teresa vindt de zakdoek van Lisa op het bed en denkt dat deze van Amina is,
zij slaat de zakdoek om de hals van Amina.
De dorpelingen rusten hier uit, zij zijn onderweg naar het kasteel. Zij willen de graaf vragen Amina te helpen als zij onteerd zou zijn, of haar te verdedigen als zij onschuldig is. Zij vervolgen opgewekt hun weg.
Amina wordt ondersteund door Teresa, zij zijn eveneens onderweg naar het kasteel. Zij zijn in de nabijheid van de boerderij van Elvino. Teresa verzekert haar dochter dat de liefde van Elvino niet ineens over kan zijn. Elvino nadert, hij heeft de vrouwen niet gezien.
Alles is voorbij.
Amina probeert zich nogmaals te verzoenen.
Elvino wil van geen verzoening weten, hij beschuldigt Amina van wreedheid.
De stemmen van de dorpelingen klinken vanachter het toneel. Elvino wil zich verwijderen. De dorpelingen komen opgewonden op, zij vertellen het goede nieuws, de graaf is in aantocht, hij zal de onschuld van Amina bewijzen. Elvino wordt kwaad, als Amina hem wil tegenhouden rukt hij de ring van Amina's vinger. Amina valt in de armen van Teresa.
Waarom kan ik jou niet haten zoals ik zou willen.
De dorpelingen roepen dat Elvino op de graaf moet wachten.
De stem van Elvino klinkt gebroken en is onverstaanbaar in het koor van de dorpelingen. Elvino herhaalt dat er voor hem geen troost meer is. Hij vertrekt wanhopig. Teresa neemt de flauwgevallen Amina mee.
Alessio valt Lisa nog steeds lastig, hij verzekert haar dat het niets wordt tussen haar en Elvino. De graaf zal Elvino overtuigen van de onschuld van Amina. Lisa maakt Alessio duidelijk dat het nooit iets zal worden tussen hen. Alessio zegt hemel en aarde te zullen bewegen om Lisa van gedachten te doen veranderen. De dorpelingen komen om Lisa te feliciteren, zij zal de bruid van Elvino zijn.
Lisa bedankt de dorpelingen voor hun gelukwensen,
Alessio is sprakeloos en verbitterd.
De stemmen van Lisa en Alessio zijn nauwelijks verstaanbaar tegenover het koor
dat de deugden van Lisa prijst. Elvino komt op.
Is het waar Elvino, dat je me je liefde waardig beschouwt? Elvino geeft toe dat hij de banden van vroeger wil herstellen. Als Elvino haar hand pakt om naar de kerk te gaan roept de graaf hem een halt toe, tot opluchting van Alessio. De graaf vraagt waarom Elvino zo'n haast heeft, eerst moet hij weten dat Amina onschuldig is.
Elvino kan het niet geloven, met zijn eigen ogen heeft hij Amina gezien in de slaapkamer van de graaf.
De graaf vertelt dat er mensen bestaan die in hun slaap wandelen, waarbij het lijkt alsof die mensen wakker zijn. Maar de dorpelingen geloven de graaf niet, zelfs niet op zijn woord van eer. Zij hebben immers nog nooit van het bestaan van slaapwandelen gehoord. Elvino staat op het punt naar de kerk te gaan met Lisa.
Teresa verschijnt aan het venster van de molen, zij vraagt de dorpelingen stil te zijn, Amina slaapt en in haar toestand heeft het kind slaap nodig om tot rust te komen. De dorpelingen beloven rustig te zijn. Teresa vraagt waar Lisa en Elvino naar toe gaan. Lisa zegt dat zij gaan trouwen, zij is een goede bruid, die men niet betrapt in de slaapkamer van vreemde mannen. Nu laat Teresa de zakdoek zien die zij in de kamer van de graaf heeft gevonden, de zakdoek van Lisa.
Na de ontrouw van Lisa wanhoopt Elvino ooit nog oprechte liefde te vinden op deze boze wereld.
Teresa heeft geen medelijden met de afgang van Lisa.
Lisa voelt zich geslagen en vernederd, zij is bang voor haar figuur ten overstaan van de dorpelingen.
Elvino vraagt de graaf wat hij moet geloven, zij heeft me ook verraden. De graaf zegt hem nogmaals dat Amina hem nooit ontrouw is geweest. Elvino weet niet wie dat moet bewijzen.
"Kijk maar, zijzelf!" De slapende Amina stapt op dat moment uit het raam van de molen. Iedereen is verschrikt, de slapende Amina loopt langs de rand van het schuine dak. Bij één verkeerde stap kan zij in het wiel van de maler vallen. Rodolfo waarschuwt iedereen stil te zijn. Als Amina nu wakker wordt dan kan dat haar dood zijn. Zij stapt op een plank over de beek, op het ogenblik dat zij veilig aan de overkant op de grond stapt breekt de plank.
Amina praat in haar slaap, zij wil Elvino nog een keer zien voor hij een andere bruid naar het altaar voert. Zij bidt dat Elvino gelukkig mag worden, zij vergeeft hem. Zij schrikt als zij haar ring mist. Hij heeft mijn ring meegenomen, maar zijn beeltenis kan hij niet van me wegnemen. Zij pakt de bloemencorsage die Elvino haar gegeven heeft van haar borst.
Bloemen die verwelkt zijn als de liefde die slechts een dag duurde.
Elvino kan het niet meer aanhoren, hij geeft de ring terug aan Amina. Als zij omringd is door de graaf, Teresa en Elvino, dan wekken de dorpelingen haar met een "Viva Amina, viva ancora". Elvino verzekert Amina dat het geen droom is, hij is terug en hij weet dat zij de enige is die hem echt bemint. De dorpelingen roepen dat zij onmiddellijk naar de kerk moeten gaan voor het huwelijk.
Niemand kan beseffen hoe gelukkig ik ben.
De slotaria gaat weer over in een finale waarin
het weer onmogelijk is de afzonderlijke stemmen te onderscheiden, waarna
het doek valt.